더치 인버링 B1 읽기 시험 공부 Dutch B1 Reading Exam Preparation - Set 4

De supermarkt en de aanbiedingen

📖 Tekst 4: De supermarkt en de aanbiedingen

Elke week gaat Bas, een drukbezette vader van twee, naar de plaatselijke supermarkt om boodschappen te doen. Hij besteedt hierbij veel aandacht aan de aanbiedingen en kortingsacties, omdat hij met zijn gezin een beperkt budget heeft. Bas heeft een vaste routine ontwikkeld: eerst stelt hij een boodschappenlijst op en bekijkt hij de wekelijkse folder. Zo weet hij welke producten in de aanbieding zijn en kan hij gericht winkelen.

In de supermarkt loopt Bas systematisch door de gangpaden. Hij controleert eerst de verse producten zoals groenten, fruit en brood. Daarna gaat hij naar de zuivelafdeling, waar hij let op de prijzen van melk, kaas en yoghurt. Soms zijn er speciale aanbiedingen, bijvoorbeeld “koop er twee, krijg er één gratis”, wat hem extra aanspreekt. Ook kijkt hij regelmatig naar de aanbieding voor vlees en vis, hoewel hij bewust kiest voor gezonde varianten.

Tijdens het winkelen maakt Bas gebruik van een kortingskaart en combineert hij deze met de aanbiedingen uit de folder. Dit zorgt ervoor dat hij vaak onder het budget blijft en toch kwalitatieve producten koopt. Bovendien probeert hij verspilling te voorkomen door alleen de benodigde hoeveelheden te kopen. Na afloop van de boodschappen doet hij nog even een snelle controle om te zien of hij geen voordeel miste.

Voor Bas is het winkelen in de supermarkt niet alleen een manier om te besparen, maar ook een moment van rust in een anders zo hectische dag. Terwijl hij door de gangpaden loopt, merkt hij vaak dat hij even kan ontspannen en nadenken over de planning van de week. Deze routine helpt hem om zijn gezinsbudget op orde te houden en tegelijkertijd bewust om te gaan met voedsel en milieu.

---

📝 Vragen (Meerkeuze):

1. Waarom let Bas extra op de aanbiedingen in de supermarkt?
   A. Omdat hij graag nieuwe producten uitprobeert.
   B. Omdat hij met een beperkt budget werkt.
   C. Omdat hij de supermarkt-eigenaar is.
   D. Omdat hij van kortingskaarten houdt.
2. Wat doet Bas voordat hij gaat winkelen?
   A. Hij kookt alvast een maaltijd.
   B. Hij stelt een boodschappenlijst op en bekijkt de folder.
   C. Hij belt zijn vrienden.
   D. Hij controleert het weer.
3. Welke aanbieding wordt in de tekst genoemd?
   A. “Koop er drie, betaal er twee.”
   B. “Koop er twee, krijg er één gratis.”
   C. “50% korting op alle producten.”
   D. “Gratis verzending bij elke aankoop.”
4. Hoe helpt het winkelen Bas in zijn drukke dag?
   A. Het geeft hem de kans om te sporten.
   B. Het biedt een moment van rust en ontspanning.
   C. Het zorgt ervoor dat hij laat thuiskomt.
   D. Het maakt hem extra hongerig.
5. Wat probeert Bas te voorkomen tijdens het winkelen?
   A. Te veel tijd besteden in de supermarkt.
   B. Onnodige aankopen en voedselverspilling.
   C. Contact met andere klanten.
   D. Het gebruik van kortingskaarten.